De compensatie illusie

In Vlaanderen is ontbossen in principe verboden. Toch verdwijnen er in Vlaanderen dagdagelijks stukken bos en bomen. Hoe kan dit? 

 

Op dit ontbossingsverbod gelden echter 4 uitzonderingen:

 

  1. ontbossing met het oog op handelingen van algemeen belang
  2. ontbossing of verkaveling in zones met de bestemmingen woongebied of industriegebied in de ruime zin en zones die hiermee gelijk te stellen zijn
  3. ontbossing van de uitvoerbare delen in een niet-vervallen vergunde verkaveling
  4. ontbossing in functie van vastgestelde natuurdoelen op voorwaarde dat de ontbossing is opgenomen in een goedgekeurd natuurbeheerplan

Voor alle andere ontbossingen, voorziet de Vlaamse regering in de mogelijkheid om een ontheffing van het ontbossingsverbod te bekomen.

 

Boscompensatie

 

In Vlaanderen moet elk gekapt bos gecompenseerd worden. 

 

Men kan ofwel: 

  1. een bosbehoudsbijdrage betalen (financiële boscompensatie)
  2. zelf een compenserende bebossing uitvoeren (boscompensatie in natura)
  3. een compenserende bebossing uitvoeren via een derde die zich daarvoor garant stelt (boscompensatie in natura door een derde)

Ook een combinatie van die drie maatregelen is mogelijk. 

 

Hoe berekent men de compensatie?

 

Bij de berekening kijkt men naar 2 zaken:

 

  1. het gekapte bosoppervlak
  2. het type bos

 

Naargelang het type bos is er een andere 'boscompensatiefactor'. Deze factor bepaalt de oppervlakte aan extra bos dat men moet aanplanten. Zo moet men voor elke m² gekapt inheems loofbos, 2 m² nieuw bos aanplanten.

Klinkt fantastisch toch? Spijtig genoeg is de realiteit niet zo geweldig.  

 

Maatschappelijke waarde oud bos vs nieuw bos

 

"De bosoppervlakte wordt gecompenseerd, maar niet de kwantiteit aan ecosysteemdiensten of biodiversiteit. Dat heeft veel tijd nodig en tijd kan men niet compenseren"

 

Het nieuwe bos heeft maar een fractie van de maatschappelijke waarde van het oude bos. De maatschappelijke waarde van een bos is gelinkt aan de diensten die een bos aan onze maatschappij kan leveren. De zogenoemde ‘ecosysteemdiensten’.

Deze zijn bijvoorbeeld de opslag van koolstof, het opvangen van stormwater, het verwijderen van fijnstof en het verlagen van de omgevingstemperatuur. Deze zaken zijn vooral gelinkt aan de hoeveelheid aan bladoppervlak van de bomen. Oudere en grote bomen produceren daardoor veel meer diensten dan jonge bomen. Het nieuwe bos creëert dus maar een fractie aan ecosysteemdiensten ten opzichte van het oude bos.    

 

 CO2 opname bos doorheen de jaren.

De opname van CO2 in een bos doorheen de jaren.1


Bovenstaande grafiek toont de CO2 opname van een bos doorheen de tijd. De grafiek geeft aan hoeveel ton CO2 er in de stammen van de bomen opgeslagen zit.
Zoals men kan zien neemt de CO2 opslag in de eerste 20 jaar traag toe, waarna deze aanzienlijk toeneemt alvorens af te vlakken. De opname blijft echter wel traag doorstijgen.

Onderstaande grafiek toont het waardeverlies wanneer een bos van 50 jaar zou 'gecompenseerd' worden door een nieuw bos van dezelfde oppervlakte.

 

waardeverlies bij het aanplanten van compensatiebos
Weergave waardeverlies (CO2 opname) bij het compenseren van een bos van 50 jaar.2

 

Onderstaande grafiek laat zien hoe dit komt. Deze grafiek toont de stijging aan biomassa per jaar doorheen het leven van een boom.
We kunnen zien dat de boomsoorten doorheen de jaren, elk jaar meer biomassa bijkrijgen dan het jaar ervoor.
Zolang de boom gezond is, blijft de boommassa dus elk jaar sneller toenemen.

 

Gesimuleerde totale biomassastijging per jaar
Gesimuleerde totale biomassa stijging per jaar (1965–2015).3

 

Bovenstaande grafiek is vergelijkbaar met andere ecosysteemdiensten aangezien deze grotendeels afhangen van het bladoppervlak van de boom.

Zoals hieronder is afgebeeld voor de watertranspiratie van bomen. Doorheen de jaren neemt de verdampte hoeveelheid water sterk toe. Hoe meer water een boom verdampt, hoe sterker de omgevingstemperatuur afkoelt. Aangezien de boom warmte aan de lucht onttrekt om het water te laten verdampen.    

 

Gesimuleerde gemiddelde jaarlijkse transpiratiehoeveelheden (1965-2015) van vier boomsoorten van de Midden-Europese steden, afhankelijk van de leeftijd van de boom.
Gesimuleerde gemiddelde jaarlijkse transpiratiehoeveelheden (1965-2015) van vier boomsoorten van de Midden-Europese steden, afhankelijk van de leeftijd van de boom.3

 

Boscompensatie = Bosdepreciatie

Pieter Vangansbeke, doctor in de bio-ingenieurswetenschappen aan het Labo Bos en Natuur van de UGent, zei eerder in een interview over boscompensatie: ''Met compenseren kan je eigenlijk nooit dezelfde waarde bereiken als de waarde die verloren gaat.''4

 

'Compenseren' blijkt dus een ongepaste term te zijn in deze context, aangezien de nieuwe maatschappelijke waarde niet overeen komt met de oorspronkelijke. De term 'Bosdepreciatie' toont echter wel aan dat er een verlies is van waarde.  

 

Achterstand bossencompensatiefonds

Het agentschap natuur en bos geeft op hun website aan dat het bossencompensatiefonds een historische reserve heeft opgebouwd. Hierdoor zijn boscompensaties nog niet uitgevoerd geweest. 
Dit vooral door het gebrek aan te bebossen gronden wegens de hoge druk op en vraag naar  beschikbare gronden. 

 

Zoals bovenstaande grafieken aangeven, is het in het maatschappelijk belang dat deze 'compensaties' zo snel mogelijk worden ingehaald aangezien enkel 'tijd', het maatschappelijke waardeverlies kan verminderen.  

 

Proactieve boscompensatie zou de norm moeten zijn, waarbij men eerst nieuw bos gaat aanplanten alvorens oud bos te kappen

 

 

LEES OOK: 

Het onbenutte potentieel van stadsbomen


Link naar artikel

 

Geschreven door Ran Staelens